Afbeelding

'Wij snappen dat er gehuild wordt.'

Algemeen

Margreet Geevers-Offermans (68) hoopt mensen die bezig zijn met het loslaten van het laatste stukje van hun leven een houvast te bieden. Ze vindt de dood en doodgaan een wonder, een mysterie. 'Het ene moment is iemand er, hoe ziek of hoe lijdend ook, en het andere moment is er niemand meer. Dat enorme verschil: als de geest er niet meer is, alleen nog het lichaam.' Ze kan erover meepraten, over dood en doodgaan. Ze verloor haar eerste man, Paul Geevers, aan een hersentumor toen ze zelf 39 was. 'Een aardbeving in mijn bestaan', noemt ze deze zwaar emotionele gebeurtenis. 'Zo jong, en dan ineens . . .. ' Van haar tweede grote liefde, Jo van de Ven, moet ze in 2009 afscheid nemen. Slokdarmkanker. 'Met Jo zijn we samen mooi en goed naar zijn dood toegeleefd. Gelukkig met euthanasie.' Sinds twee jaar werkt Margreet Geevers als vrijwilligster in Hospice Dommelrode. 'Ik ben graag in de buurt van mensen die doodgaan. Ik denk er nog steeds veel over na en praat er veel over.'

Door Jan H.F. van der Heyden

De jongste bewoonster van het hospice die ze naar de dood begeleidde was 44 jaar, de oudste 89. '44 Jaar. Dat is een leeftijd waarin ook mijn eigen kinderen zijn. Toen heb ik weleens gedacht "het had ook mijn dochter kunnen zijn." 'Ook de mensen die tussen de 55 en 70 jaar sterven is wel confronterend, want dat zijn mijn leeftijdgenoten.'
Toch kan ze heel goed relativeren en rationaliseren, zegt ze. 'Ik vind doodgaan niet eng. Kan er gemakkelijk over praten. Doodgaan hoort bij het leven. Ik weet dat verdriet ook weer overgaat. Je wordt geboren met pijn en je gaat dood met pijn. De cirkel is daarmee rond. Je hebt het leven te accepteren zoals het is.'

'In zijn laatste zware uren heb ik vaak tegen hem gezegd "ga maar, ga maar." '

Ja, ze is het eens met de uitspraak van Wilma van Casteren, een van de twee coördinatoren van het hospice, die in een MooiRooiRooiKrant-interview vertelde dat doodgaan loslaten is. 'Als je niet kunt loslaten", aldus Wilma, 'kun je ook niet sterven.' Margreet: 'Loslaten is de kunst. Dat is waarover het gaat. Veel mensen sterven heel vaak als ze even alleen zijn.' Als voorbeeld: 'Een van de bewoonsters van wie ik 's avonds laat, tegen het einde van mijn dienst, de hand vasthield was in een diepe slaap. Omdat mijn dienst erop zat, het was elf uur, en de professionele nachtzorg mijn dienst overnam, moest ik haar hand loslaten. Het wederzijdse fysieke contact was er toen niet meer. Het "loslaten" geldt ook voor twee kanten, degene die gaat en degene die achterblijft. Met het fysieke loslaten gaf ik haar de kans het leven los te laten. De volgende morgen was ze overleden.' En terwijl ze dit vertelt herinnert ze zich de doodstrijd van haar eerste man Paul, toen in 1986 palliatieve sedatie en euthanasie nauwelijks gespreksonderwerpen waren. 'In zijn laatste, zware uren heb ik vaak tegen hem gezegd "ga maar, ga maar."'
Ze heeft dus twee ongelooflijk verschillende soorten van afscheid door de dood meegemaakt. Het ene heftig, lang en lijdend, het tweede door euthanasie, mooi en goed. Mede daarom kan ze nu zeggen: 'Het waren de meest indrukwekkende ervaringen in mijn leven.'

'Ik ben altijd heel gelukkig als ik het hospice verlaat. Iedere keer weer. Heel wonderlijk. En dat is nog steeds zo.'

Haar werk in het hospice geeft haar zoveel voldoening. 'Ja, ik vind het heel mooi werk. Ik ben altijd heel gelukkig als ik het hospice verlaat. Iedere keer weer. Heel wonderlijk. En dat is nog steeds zo, dat geluksgevoel als ik er geweest ben. Dat mijn aanwezigheid ertoe heeft gedaan. Heel simpel. Al is het alleen maar door een glaasje water te brengen. Het is een verrijking van leven.'
Ik bespreek met Margreet de profielschets van een vrijwilliger voor het hospice, zoals dat op de internetsite www.hospicedommelrode.nl staat. Er moet affiniteit bestaan met zorg voor ernstig zieken.
'Affiniteit ontstaat al doende. Je hebt de neiging of de behoefte iemand het laatste stukje van zijn of haar leven een houvast te geven. Dat kan op verschillende manieren. Door te praten of door een nuchtere benadering, door op afstand te blijven maar er tóch te zijn. Door te praten over de foto's van de kleinkinderen die op het kastje staan. Dan ontstaat bijna altijd een glimlach.'
Hospice Dommelrode wil de ernstig zieke bewoners die in de laatste fase van hun leven zijn een 'warme en veilige omgeving' bieden.
'Door het zo huiselijk mogelijk te maken en te houden. Door spelletjes te doen. Thuis kunnen ze alles aan hun partner vragen, in het hospice kunnen ze dat ook aan ons. Door ze het gevoel te geven dat alles kan wat thuis ook kan. Door er te zijn. Door aandacht. Door begrip. Door ze alle tijd te geven. Dat geeft een veilig gevoel. Ze hoeven nooit bang te zijn alleen te zijn.'
Er is veel aandacht voor lichamelijke ongemakken in het hospice.
'Dat gaat vooral de medisch verzorgenden aan, de professionele mensen van de thuiszorg, de dokter, de fysiotherapeut. Wij vrijwilligers zijn er vooral voor het huishoudelijke. Natuurlijk geven wij lichamelijke ongemakken door aan de thuiszorg of de dokter. Maar mensen, ook al zijn ze bezig met hun laatste deel van het leven, houden zich vaak heel flink. Ze klagen niet snel. Zeggen heel vaak 'sorry' als ze weer eens gebeld hebben voor hulp. En dat hoeft helemaal niet.'

'We leren ons hele leven. Maar we leren zo weinig over doodgaan. Dat er een mooie en rustige manier is om te sterven.'

Vaak gevoelens van angst en verdriet?
'Dat valt reuze mee. Je komt er wel mee in aanraking, dat zeker. Maar het hangt natuurlijk sterk af van de leeftijd van de bewoners en van hun sociale context. We hebben weleens met een bewoonster veel gesproken over palliatieve sedatie en euthanasie. Om haar uit de praktijk te schetsen wat dat is. Ik verbaas me erover dat er zo weinig kennis is over mogelijkheden hoe het einde van het leven zich kan voordoen. We moeten ons hele leven zoveel leren. Maar we leren zo weinig over doodgaan. Dat er een mooie en rustige manier is om te sterven. Ik zou willen dat mensen daarover meer kennis zouden hebben.'
De verwerking van de ziekte waaraan ze binnenkort in het hospice zullen overlijden, is ook zo'n onderwerp waarmee vrijwilligers te maken krijgen.
'Ongeloof. Ongeloof wat hun overkomen is, dat is meestal het gespreksonderwerp. Maar ze hebben dan die stap al gezet, de stap naar het hospice, de allerlaatste stap. De verwerking gaat daar meestal aan vooraf. Ja, je deelt hun gevoelens als ze dat willen. En de gevoelens van de familie natuurlijk. Maar er zijn ook mensen die dat absoluut niet willen delen.'
Vragen rondom dood en leven?

'Eigenlijk niet of nauwelijks. Dit soort onderwerpen hangt ook sterk af van de sociale kring waaruit de bewoners komen.'
De zorg van het hospice is bedoeld om het leed te verzachten, niet om het leven te verlengen. Hoe verzacht je leed?
'Door samen te zoeken naar die dingen die nog wel aangenaam zijn. Door samen te zoeken naar comfort.'
Naast lichamelijke zorg is er aandacht voor het sociale en emotionele welzijn van de bewoners en hun naasten.
'Wij snappen de boosheid, wij snappen de angst, wij snappen dat er gehuild wordt. Elke uiting van emotie kan. En dat geldt ook voor familie, vrienden en kennissen. Ook zij worden altijd heel hartelijk ontvangen. De huiselijkheid van het hospice voor de bewoners geldt ook voor hen. Iedereen is van harte welkom en alles is mogelijk. We horen vaak dat de familieleden verrast zijn door de warmte die ze in het hospice aantreffen.'
Een vrijwilliger moet een goed inlevingsvermogen hebben.
'Ja, je moet je kunnen inleven in de ander en de ander hoeft zich niet in te leven in jouw leven. Je moet je mond kunnen houden als dat nodig is. Je moet snappen dat de bewoner zijn of haar verhaal wil vertellen en niet jouw verhaal wil horen. Je moet aanvoelen: wat wil hij of zij wél kwijt en wat niet. Je moet jezelf kunnen wegcijferen.'
Vrijwilligers mogen hun eigen grenzen niet uit het oog verliezen.
'Nee, want als je je eigen grenzen uit het oog verliest, kun je niet meer goed functioneren. Dus je moet je emotionele grens in de gaten houden. Wat kun je nog wel en wat niet meer? Dat moet je ruim voor die grens aangeven. Je mag niet zelf lijden. Je mag niet meehuilen. Je mag je niet als familielid opstellen. Niet met de oplossing komen waarom niet is gevraagd. Je eigen belangrijkheid niet overdrijven. Je moet jezelf in de parkeerstand kunnen zetten.'

''Alles is urgent aan het einde van het leven.'

Hoe maak je het leven van de bewoners zo comfortabel mogelijk?
'Door de mensen het gevoel te geven dat hij of zij zijn of haar wensen kan uiten. Het gevoel te geven dat alles besproken kan worden. Door het eten en drinken zo goed mogelijk aan te passen. Door warm of kou of frisse lucht in de gaten te houden. Door er onmiddellijk te zijn als het belletje gaat. Dan moet je alles laten vallen waar je mee bezig bent. Want alles is urgent aan het einde van het leven.'