James Sittrop na 42 jaar weg bij Rabobank

Roois nieuws
Sint-Oedenrode - Veel gepensioneerden zitten met hetzelfde probleem. Wat moeten ze in godsnaam doen als ze thuis komen te zitten na een leven van werk en ritme? James Sittrop geeft nu al toe dat het nieuwe ritme hem van de wijs heeft gebracht. De in Indonesië geboren Ollander stopte op 1 mei na 42 jaar met zijn werkzaamheden bij de Rabobank. Toch verveelt hij zich geen moment. “Ik ga nu met mijn handen werken, niet meer met mijn kop.”

James maakt van niets iets. In zijn schuur achter het huis. Oude auto’s laat hij weer grommen, piano’s weer klinken. Een vogelhuisje maakt hij wederom tot een vogels’ thuis, een kinderfiets tot een draaiend geheel. Noem het, hij maakt het. Daar is het nu tijd voor. Het bankwezen zegt hij niet te gaan missen. Zijn collega’s en klanten stiekem wel, al predikt hij wijs; “Uit het oog uit het hart. Dat is gewoon zo.”

Je hebt honderden Rooienaren als klant gehad. De laatste jaren voornamelijk als adviseur voor senioren. Hoe begon je avontuur bij de Rabobank?
“Als jonge jongen wilde ik al bij de bank werken. Na mijn HBO ging ik dan ook solliciteren bij de Rabobank. Zo als iedereen begon ik achter de balie, voor het eerst bij Boerenleenbank Son en Breugel. Later heb ik allerlei functie's bekleed in onder andere in Sint Oedenrode, Eindhoven, Veldhoven, Gorinchem, Medemblik, Waalwijk, Valkenswaard, Mariaheide enz. Rond 1990 werd ik aangesteld als interim-manager. Dat was niet echt mijn ding en dat kwam door de bureaucratie. Ik wilde vaak sneller vooruit dan mogelijk was en merkte dat problemen lang niet altijd werden veroorzaakt door de mensen op de vloer. Uiteindelijk besloot ik om die periode achter me te laten. Ik kwam omstreeks 1994 weer in Sint-Oedenrode terecht. Daar zette ik de afdeling ‘financieel advies’ op. Later werd dat ‘private banking.’ ”

Het zal destijds een andere manier van werken zijn geweest?
“Ja, uiteraard. Dat was een totaal andere tijd. Er was veel minder prestatiedruk dan tegenwoordig, met als belangrijkste uitgangspunt dat het product moet passen bij de klant. Dat vind ik overigens nog steeds en daar ben ik ook altijd voor gegaan.”

Kun je je manier van werken omschrijven?
“Toen ik nog een leidinggevende functie had, was ik een echte people manager. Ik had geen feodale stijl en werkte altijd met gezond boerenverstand, eerlijk en vrij. Zo ging ik ook om met mijn klanten. Dat past het best in dit gebied. Mensen heb ik altijd behandeld zoals ik zelf behandeld wil worden.”

Na zoveel jaar kun je de Rabobank als werkgever vast goed typeren.
“Ik ben altijd met plezier naar mijn werk gegaan en dat zegt genoeg. De Rabobank is echt mijn bank. Ik ben er toevallig ingerold en er altijd gebleven. Voor mij is de Rabobank altijd een geweldige werkgever geweest. Er werd naar me geluisterd, er werd een mening gegeven en ze hebben me altijd genomen zoals ik ben. Bij de Rabobank zit er een soort van menselijkheid achter. Bovendien kreeg ik ook nog eens een prima salaris. Ik heb dus niets te klagen gehad.”

Er is de laatste jaren veel kritiek op de banken. Heb je de Rabobank verdedigd?
“Eerlijk gezegd heb ik de bank eigenlijk nooit hoeven te verdedigen. Mensen geven de banken wel vaak de schuld, maar meestal komt het door de regelgeving die vanuit de overheid is opgelegd. De overheid stuurt de banken, zo zie ik het. De klant is dan uiteindelijk de dupe. Het wordt namelijk steeds onpersoonlijker, terwijl de bank dat niet wenst. Vroeger bestond het werk van een financieel adviseur voor 80% uit adviseren en voor 20% uit administreren. Nu is dat andersom.“

In 2006 werd je naar voren geschoven als senioren adviseur. Hoe is dat gegaan?
“Het bestuur en de ledenraad vonden dat er te weinig aandacht werd geschonken aan de ouderen. Daarom wilden zij een vast aanspreekpunt. Ze hadden mij op het oog, omdat ik in het profiel paste. Ik wilde het graag doen en heb toen deze afdeling opgezet. Gelukkig hebben ze me daarin vrij gelaten. Ik had dan wel een werkweek van 36 uur, maar deinsde niet terug om meer te werken. 40 of 45 uur was voor mij geen probleem. Als er iemand om 22.00 uur belde dan nam ik gewoon op. Om de gedachte van de klant schoon te maken. Dat werd altijd erg gewaardeerd.”

James is door zijn werk bij veel mensen bekend. Soms ontwijkt hij daarom het dorp wel eens, geeft hij eerlijk toe. In zijn boerderij, grenzend aan Ollandse velden en paden, vindt hij zijn rust. Daar trekt hij zich terug om zijn handen te laten spreken. En als de bank belt voor advies? Dan zal hij de telefoon zeker niet laten rinkelen. James helpt graag mensen.