Leo Overmars
Leo Overmars

De worsteling van Wovesto-directeur Leo Overmars

Algemeen

Sint-Oedenrode - Als directeur-bestuurder van woningbouwcorporatie Wovesto ervaart Leo Overmars (60) de vraagstukken rond de toekenning van een hoge urgentie aan woningzoekenden in gevallen van huiselijk geweld en burenruzies, het moeilijkst. 'Want daarvoor zijn geen regels te verzinnen.' En het lastigst vindt hij het innemen van een positie bij burenruzies 'waarvoor van ons een oplossing wordt gevraagd.'

Door Jan H.F. van der Heyden

Hij komt er niet zelf mee. Ik moet uitdrukkelijk vragen naar het moeilijkste onderdeel van zijn functie als directeur-bestuurder. Hij denkt er ook opvallend lang over na. 'Mooie vraag', zegt hij ter afleiding om zijn antwoord te kunnen bedenken en formuleren. Maar dan: 'Wanneer is een woningtoewijzing écht urgent?' Hij geeft zelf het antwoord: 'Als er duidelijk sprake is van huiselijk geweld.' Hij praat lang en empathisch over zulke situaties, die 'in enkele gevallen per jaar' voorkomen. 'Anders gebeuren er grotere ongelukken.' 'Psychologische problemen' en 'escaleren' zijn woorden die bij dit navrante onderwerp herhaaldelijk vallen. En ja, hij geeft toe, dat in dit soort situaties een ander langer moet wachten op een woning. Overmars maakt duidelijk dat hij met dit soort toewijzingen sterk worstelt. 'Je vroeg me toch naar het moeilijkste onderdeel van mijn werk!'
Dat is dan ook het lastigste, suggereer ik. Nee, dat is het niet, antwoordt hij. Het lastigste van zijn werk zijn de burenruzies. 'En daarvoor van ons een oplossing verwachten.' Ook over het lastigste onderdeel van zijn functie praat hij lang en bedachtzaam, voorzichtig zijn woorden kiezend. 'Met burenruzies wordt het woongenot kapot gemaakt,' zegt hij. Hij vertelt over een situatie waarin 'de halve straat zich met de burenruzie bemoeide.' Overmars: 'De hele straat werd er onrustig van.' Hij verbaast zich over wat bij burenruzies allemaal kan gebeuren. 'Rommel over de schutting gooien als er bezoek is. Kinderen die schreeuwend allerlei verwensingen roepen.' Overlast door burenruzie, betoogt hij, is supermoeilijk op te lossen, ondanks het intermediëren door buurtbemiddeling. Dan: 'De Rijdende Rechter op televisie maakt er amusement van, maar mensen hebben er slapeloze nachten van.' Gelukkig, zegt hij, komt het niet te veel voor. Maar toch deze bekentenis: 'Ik voel me medeverantwoordelijk voor degenen die het overkomt. Dat buren elkaar zó kunnen treiteren. Dat is voor mij onbegrijpelijk.'

Of hij daardoor geëmotioneerd raakt? 'Méér dan dat! Héél veel! Burenruzies raken mijn emoties, jazeker. Ik probeer altijd het slachtoffer te steunen en bij de dader verhaal te halen. Maar ja, hoe bepaal je dat? Het verhaal heeft altijd twee kanten.'

Boze huurders die op hem afkomen, veroorzaken ook veel emotie bij hem. 'Of klachten over onze dienstverlening. Of over geld bijvoorbeeld. Ik geef ze de ruimte, die boze huurders. Ze komen hier op kantoor met de eis "onmiddellijk de directeur te spreken." 'Als ik er ben, ga ik het gesprek met ze aan. Ik kan redelijk goed met dit soort confrontaties omgaan. Ja, soms word ik ook boos tegen degene die voor me zit. Dat is natuurlijk niet professioneel, maar de emotie is er dan wel. Soms denk ik achteraf: had je je nou maar beheerst, maar ook weleens: had je emotie maar getoond. Want ik kan emotioneel reageren. Kan aangebrand raken als onrecht in het spel is. Ik wil een luisterend oor aanbieden aan iedereen, maar ik wil én moet ook zakelijk blijven. Dat is soms best lastig.'

Leo Overmars formuleert moeiteloos zijn opdracht als directeur-bestuurder: 'Eén: als bedrijf onze klanten, de huurders, goed bedienen. Twee: zorgen dat de medewerkers goed in hun vel zitten. Drie: de strategie bepalen: wat is financieel gezond, hoe leveren we een bijdrage aan de volkshuisvesting.'
Wat moet je als directeur-bestuurder vooral goed kunnen?
'Communiceren met verschillende doelgroepen. Met de gemeenteraad en de wethouder over de strategie hoe we de beste woningen voor de armste mensen kunnen bouwen, met ontevreden huurders, met de eigen medewerkers hoe we de tent goed kunnen laten draaien.'
"Ja,' zegt hij desgevraagd, 'dat lukt me wel,' maar voegt er onmiddellijk aan toe: 'Klinkt wat arrogant uit mijn mond, eigenlijk zou je dat aan anderen moeten vragen. Maar lees dat visitatierapport over het functioneren en presteren van Wovesto. Dat zegt ook dat het redelijk goed lukt. We zijn gedreven om de huisvestingsproblematiek goed boven de tafel te houden.'
Ook de missie van Wovesto verwoordt hij zonder dralen: 'Zorgdragen voor goede en betaalbare woningen en voor prettige en leefbare woonbuurten, voor alle doelgroepen een zo goed mogelijke woning bouwen.'
En de ambities?
'Zoveel woningen bouwen dat woningzoekenden binnen één tot anderhalf jaar hun beoogde woning kunnen betrekken. Dus geen ellenlange wachtlijsten. Ik wil een paar procent méér huurwoningen.' Want ze zijn aan de krappe kant, de sociale huurwoningen, erkent hij. 'Ik wil niet dat mensen wegtrekken uit hun eigen dorp. Ik wil bouwen voor de eigen bevolking.'

Die wachtlijsten, hoe is het daar eigenlijk mee?
'Ze zijn te lang,' bekent hij, 'ze zijn langer dan 4 tot 5 jaar, soms nog langer. Ik wil dat binnen 1 tot 2 jaar mensen kunnen doorstromen. Als mensen nú willen verhuizen, dat ze dan ook binnen afzienbare tijd kúnnen verhuizen.'
'Nee', zegt hij, 'Sint-Oedenrode heeft niet voldoende sociale huurwoningen. Achttien tot negentien procent van het totale woningbestand. Veel gezonder zou zijn een percentage van twintig tot vijfentwintig procent. Ik zou al blij zijn als het elk jaar met één procent zou stijgen. Ik wil naar 1500 woningen binnen nu en zeven jaar. Op dit moment hebben we 1369 sociale huurwoningen in ons bestand.'

Leo Overmars vindt Sint-Oedenrode 'een heel mooi woondorp.' Verklaart: 'Wijken als De Kienehoef en het Kinderbos: je loopt de straat uit en je zit midden in de natuur. Zó dicht bij steden en snelwegen.' Hij roemt de hoge woonkwaliteit. 'Ik vind dat de gemeente dat veel meer voor het voetlicht zou mogen brengen.'
Wat er goed is aan Sint-Oedenrode?

'De betrokkenheid van de inwoners, een gezond winkelcentrum, veel horecavoorzieningen, feesten en evenementen, recreatieve kwaliteiten, best veel werkgelegenheid, de groene kant, die best nog wat versterkt zou mogen worden, we moeten de agrarische industrie koesteren. Een fijne plek om zorg te ontvangen.'
De vraag naar de slechte kanten van Sint-Oedenrode vindt hij een stuk moeilijker te beantwoorden. Na lang nadenken: 'Jammer dat er geen middelbare school is. Vanaf twaalf jaar begin je aan een vervolgopleiding. Dat is ook de leeftijd dat je van een dorp gaat houden. In die periode gaat het over stageplekken, die dan ook meestal buiten je eigen dorp worden gevonden. Op de middelbare school bouw je ook aan gemeenschapszin. Dat ontbreekt nu.'
Waarom woon je dan zelf niet in dit dorp?
'Ik vind een woon-werkafstand van 15 kilometer, de afstand tussen mijn woonplaats Aarle-Rixtel en Sint-Oedenrode niet groot. Als het een grotere afstand zou zijn, zou ik zeker in de buurt komen wonen. Want Sint-Oedenrode heeft meer en mooiere voorzieningen dan waar ik nu woon.'

Leo Overmars juicht de fusie met Schijndel en Veghel tot Meierijstad toe. 'De maatschappij wordt complexer en ingewikkelder. Schaalvergroting op gemeentelijk niveau is goed.
Of Wovesto straks ook met woningbouwverenigingen uit Schijndel en Veghel gaat fuseren?
'Niet met allebei. Wél oriënteren we ons op samenwerking met "Huis en Erf" in Schijndel. De gesprekken daarover lopen al. Wat kunnen we samen? Wat zou de meerwaarde kunnen zijn? Ik zie ze wel, de voordelen in het belang van de huurders. Samen hebben we straks 5000 woningen, Schijndel en wij. Meierijstad heeft in ieder geval de drempel tot samenwerking met "Huis en Erf" verlaagd.'

Overmars noemt desgevraagd een paar hoogtepunten uit zijn 11-jarige loopbaan bij Wovesto: 'De bouw rond het grootschalige Odendael, de bouw van speciale woningen voor mensen met een verstandelijke beperking, de bouw van de meest energiezuinige woning van Nederland aan Dille en in Boskant, waarvoor we vanuit de regio een onderscheiding hebben gekregen voor het duurzaamste bouwproject van Noord-Brabant. En natuurlijk de realisering van De Loop'r in Olland. Vanuit de bevolking naar boven gekomen. Met de power van twee lokale kartrekkers en Wovesto een prachtige voorziening tot stand gebracht.'
Teleurstellingen ook?
'Ja, Koningsvaren. Een heel mooi project voor groepswonen. We waren al een heel eind gevorderd, maar door de economische crisis werd er geen appartement verkocht. Het was voor Wovesto een té groot project om het alleen met huurwoningen voort te zetten. We zijn er wél veel tijd, geld en energie aan kwijt geraakt. De plek zelf verdient duurdere woningen. We gaan nu met de gemeente samen bekijken hoe we een alternatief kunnen bedenken. We staan voor een nieuwe fase, voor een nieuw project. De slaagkans is mede afhankelijk van de samenwerking met de gemeente. Maar daar staat het project niet op zo'n hoge urgentie.'

Wat hij nog zou willen?
'Een mooie wijkvoorziening voor grotere wijken, zoals De Kienehoef en Vogelenzang. Een gebouw met niet alleen school en kinderopvang, maar ook met een plek voor de buurtvereniging om te kunnen klaverjassen, met een steunpunt voor de zorg, de zorg om de hoek. Ik zou in deze grote wijken ook nog graag seniorenwoningen willen realiseren, want die zijn er niet. Op een bepaald moment wordt een huis met een tuin té groot. Dan willen mensen verhuizen naar een kleinere woning in hun eigen wijk. Dat lukt nu niet.'