keuze 1
keuze 1

Ineens op het veld met de grote sterren van Liverpool

Sport Sport

Birmingham / Sint-Oedenrode - Sil Swinkels zou geen echte zeventienjarige voetballer zijn als hij niet soms FIFA speelt. Dan treedt hij aan tegen wereldtoppers als Wijnaldum, Salah en Mané, de sterren van Liverpool. Afgelopen vrijdag stapte hij als het ware in dat spel en kwam hij ze tegen op echt gras, op Villa Park, de thuisbasis van Aston Villa. Drie dagen na de wedstrijd dringt het nog steeds amper tot hem door. Hij is vooral aan het nagenieten, ondergedompeld in adrenaline.

Door: Jeroen van de Sande

Het is maandagavond 11 januari wanneer we een telefoontje wagen, het kanaal over. Sil weet dat MooiRooi belt. Dat is weer eens wat anders dan het Algemeen Dagblad en vooraanstaande voetbalsites. “Ik dacht dat ik je geappt had, sorry”, verontschuldigt hij zich. “Maar het was echt een gekkenhuis. Mijn telefoon ontplofte zowat!” Door alle hectiek wordt hem een onbeantwoord appje uiteraard snel vergeven. Het maakt wel duidelijk dat Sil uit een echt Roois gezin komt. Hij is wars van arrogantie, bescheiden en een harde werker. Ook dankbaar voor wat hem overkomen is. “Ik vind het nog steeds ongelofelijk”, spreekt hij over zijn debuut.

Afgelopen augustus maakte Sil de mooie overstap naar Aston Villa. Na Rhode, Helmond Sport, Brabant United en Vitesse een ferme stap vooruit. “We hebben getwijfeld of we het moesten doen, maar wie weet komt zo’n kans nooit meer voorbij”, reageert vader Frank. “Gelukkig heeft hij het goed naar zijn zin en gaat de club goed met hem om. “Sil is heel goed opgevangen door de club en door het gastgezin waar hij nu woont.” Iets wat niet werd beloofd, is al gebeurt. Een plek in het eerste moet je immers zelf verdienen, maar dat is er plotseling al van gekomen. De invalbeurt in de FA-cup van afgelopen vrijdagavond gaat de boeken in bij familie Swinkels.

Sil neemt ons mee naar ongeveer een week geleden. Het was een week zoals vele anderen de laatste tijd. “We hebben gewoon getraind met onder 18. Alhoewel, het was vooral passen en trappen, want contact met elkaar is nu amper toegestaan. Donderdag na de training moesten we op de club blijven. We hoorden dat er een corona-uitbraak was bij het eerste en ook wij moesten getest. Al snel bleek dat ze een team wilden formeren voor de wedstrijd tegen Liverpool. Ik was negatief en vrijdag hoorde ik dat ik bij de selectie zat.” Die middag zat hij thuis te wachten tot hij naar de club mocht. Sil kreeg een plekje op de bank en verwachtte als centrale verdediger weinig of geen minuten. Tot hij een seintje kreeg en binnen enkele minuten probeerde Zwitsers international Xherdan Shaqiri bij hem weg te sprinten. Er was geen tijd om zenuwachtig te zijn. “Nee, ik was wel gefocust, door de adrenaline denk ik. Het was de eerste paar minuten wel even wennen. Wat is Shaqiri snel op de eerste meters!” zegt de krap zeventienjarige Rooienaar.

Het team vol tieners van Aston Villa trad aan tegen een volwaardig elftal van hoofdtrainer Jurgen Klopp. Ze weerden zich kranig, maar uiteindelijk werd met 1-4 verloren. Dat deerde Sil en zijn teamgenoten niet. Ze waren plotsklaps een ongelofelijke ervaring rijker. “Ik heb nog wat gepraat met Wijnaldum, daarna kregen we volop complimenten van de coach en de clubleiding. In de kleedruimte hebben we nog lang gekletst en op onze telefoon gekeken om alle reacties te beantwoorden. Uiteindelijk kwam ik er achter dat ik geen shirt had weten te bemachtigen. Balen! Eenmaal op de gang kwam ik Shaqiri weer tegen. Ik vroeg hem om zijn shirt en hij ging het halen. Daarna kreeg ik nog wat tips.”

Eenmaal thuis op zijn eigen bed heeft Sil nog flink wat uren nodig om het succes met al zijn vrienden en familie te delen. Zelfs van oud-trainers kreeg hij nog berichten. “Echt heel erg leuk allemaal”, is de voetballer dankbaar. De komende tijd zal alles weer snel gaan zoals normaal. Maar zijn debuut smaakt naar meer. “Met mijn team en met onder 23 strijd ik nog op meerdere fronten voor de prijzen. Daar ga ik voor dit jaar. Wat er later komt, zie ik nog wel, maar dit pakken ze alvast niet meer af.”