Ad en Giel van Esch.
Ad en Giel van Esch.

Zo vader zo zoon

Sport

Toen Ad van Esch in 1978 de bus in stapte richting Parijs gaf hij zijn zoon Giel nog even een flinke knuffel. Giel was drie jaar en zal toen al met grote ogen naar de fiets van papa hebben gekeken. Wie had ooit gedacht dat hij 37 jaar later op dezelfde fiets dezelfde rit zou gaan rijden? Van Parijs naar Olland, in 24 uur.

Wie Ad kent weet waar Giel zijn onverzettelijkheid vandaan heeft. Ad is van het type 'niet lullen, maar poetsen'. Dat Giel dat over heeft genomen blijkt wel uit zijn keuze om komend weekend op de oude Benotto uit 1975 te stappen. "Ik wil laten zien dat materiaal niks uit maakt. Je moet gewoon trappen en blijven trappen", zegt Giel overtuigend. Zijn vader beaamt. Logisch, want hij heeft al eens laten zien dat hij met het trouwe beestje de 24 uur van Parijs naar Olland heeft voltooid. Maar hoe kwamen ze er destijds bij om de tocht te gaan maken?

"Toen we Diekirch-Valkenswaard hadden gefietst, spraken we jongens uit Valkenswaard. Die waren al eens vanuit Parijs naar huis gereden. Wij wilden ook eens wat anders dan kleine rondjes rijden en dus leek het wat voor ons. We nodigden ze uit om er over te vertellen en al snel waren we verkocht. Besloten werd om dezelfde rit te gaan doen, alleen dan naar Olland. Dat was toen al onze thuisbasis", vertelt Ad. Volgens Ad zetten daarna vooral Fried van Bokhoven en Antoon van der Rijt zich in om de rit te regelen. Ad: "Dat was nogal wat. Je had toen geen mobieltjes, dus geen whatsapp en ook geen navigatie en GPS. We deden het op onze manier, maar dat ging ook hartstikke prima." Giel zie je hardop denken 'Hoe hadden wij dit zonder GPS moeten voorbereiden?"

Samen met Fried knutselde Ad een trainingsschema in elkaar. "Je mocht in al die maanden maar drie keer verstek laten gaan", priemt Ad zijn vinger de lucht in. "En de reden moest ook nog eens geldig zijn. Iemand die vier keer of meer een training oversloeg, kon niet mee. Iedereen was het daar mee eens. De moeilijkheid is namelijk om bij elkaar te blijven en een goede voorbereiding is daarom erg belangrijk." In 1978 reden 24 renners de heldentocht. Dit jaar doen er 29 mannen mee. Ook nu was de preparatie niet mals. Giel: "Degene die meedoen hebben er alles aan gedaan om goed aan de start te verschijnen. Iedereen heeft de broodnodige kilometers gemaakt. Dat zijn er echt heel veel geweest. Het zal best eens voor kunnen komen dat iemand even niet bij kan houden, maar dan peppen we elkaar op. Alleen al door de voorbereidingen schep je met deze club fietsers een band. Die zal alleen maar sterker worden als we de rit Parijs - Olland samen rijden."

Doorzettingsvermogen is volgens Giel het allerbelangrijkste. Voor hem zelf lijkt dat geen probleem te zijn. Ook Ad had daar totaal geen gebrek aan. "Als we gingen trainen flikte ik wel eens rare dingen", gniffelt hij nog na. "Dan waren we in Oirschot, bijna thuis dus van een lange trainingsrit en dan riep ik dat we nog een lus gingen maken richting Tilburg. Dan hoorde je ze vloeken. Dat vonden ze niet leuk. Maar dat deed ik om ze harder te maken. Later waren ze me er dankbaar voor."

Ad en zijn kompanen hadden in 1978 wind mee. Dat was gunstig en zorgde ervoor dat ze twee uur voor op schema lagen. Soms stopten ze iets langer om niet veel te vroeg in Olland aan te komen. Fans en familie zouden er namelijk pas om 14.00 uur zijn en toen was er nog geen social media om het publiek op de hoogte te houden. "Soms stopten we bij een cafeetje om door te geven waar we waren. De ontvangst was echt geweldig. Zo'n 500 man wachtte ons op", weet Ad nog. De rit van komend weekend is op allerlei manieren te volgen. Via Facebook, Twitter en voor de familieleden een 'thuisblijfapp'. Giel: "Zondag is iedereen vanaf ongeveer 14.00 uur welkom bij café d'n Toel om ons binnen te halen. We verwachten tussen 14.30 en 15.30 uur te arriveren."

Zodra Giel straks binnen is, weet hij pas hoe het voelt om een heroïsche rit als deze in de benen te hebben. Dan lijkt nog iets meer op zijn pa, die vast en zeker met trots zijn zoon zal begroeten.