Afbeelding

Dag dokter...

Human Interest Human interest

Sint-Oedenrode - Daar staan ze dan. Een postzak en dozen vol met kaarten, brieven en filmpjes. Zijn patiënten hebben de moeite genomen om afscheid te nemen van hun dokter, en soms valt dat zwaar. Zoveel mooie woorden en herinneringen, om hem te bedanken voor wat hij voor hen gedaan heeft. Dokter van Osch zelf, heeft geleerd afscheid te nemen. Ruim 31 jaar zag hij dagelijks patiënten. Elke keer gaf hij hen een hand en nam afscheid: ”tot ziens, het gaat u goed, denk er maar eens over na, maar wordt het erger, schroom dan niet om terug te komen”. Nu zijn eigen afscheid van zijn geliefde praktijk en patiënten daar is, is het zeker niet gemakkelijk.

Door: Caroline van der Linden

Hij sprak ze, luisterde naar ze, observeerde ze, raakte ze aan en soms redde hij zelfs hun leven. Dokter van Osch, zijn patiënten hadden hem nodig, dat staat vast, maar dat hij als dokter zijn patiënten even hard nodig had, is een onmiskenbaar feit. Zij deden hem verbazen, glimlachen en alles uit hemzelf halen. Door hen voelde hij trots, pijn, eenzaamheid of tevredenheid. Hij wilde dat ze gezond waren, dat ze luisterden en kritisch waren. Een fascinerend contact tussen hem en zijn patiënten.

Dokter van Osch, van oorsprong afkomstig uit het Brabantse Den Dungen. Vlakbij de kerk opgegroeid in een zorgzaam en betrokken katholiek gezin van zes kinderen; vijf jongens en één meisje. Vanaf de vijfde klas van de lagere school was al duidelijk dat hij huisarts wilde worden. Bij het schrijven van een opstel, gaf hij al aan, pastoor of dokter te willen worden. Het idee van mensen in hun ziel kijken, vooruithelpen en als het kan ook nog eens te genezen, spraken hem als kind al aan. Pastoor werd het toch maar niet, dus had hij nog maar één duidelijk doel voor ogen, om net als zijn oom, huisarts te worden. Zijn middelbare school bracht hij door op gymnasium Bernrode in Heeswijk. Een beetje onlogisch misschien, omdat Beekvliet een stuk dichter bij was. Maar de wortels van zijn familie lagen in Heeswijk, zijn eigen vader ging er naar school en tevens zijn twee ooms, dus was de keuze zo gemaakt. Een fijne tijd beleefde hij daar, waar hij ook zijn vrouw ontmoette. Samen studeerden ze verder in Nijmegen. Dokter van Osch ingeloot voor geneeskunde, ging na zijn studie in dienst en kon hier meteen aan de slag als arts. In die tijd was er voor beginnende artsen weinig werk, maar kon hij in dienst blijven en militair arts worden. Dat deed hij en volgde tegelijkertijd de huisartsenopleiding. Destijds wonend in Boxtel, verhuisde hij samen met zijn vrouw en kind naar Duitsland. Het was één van de weinige landen, waar hij als militair arts ook huisarts kon zijn. In een praktijk in een stadje buiten de kazerne werd hij huisarts. Juist niet voor de mannen, maar voor de vrouwen en kinderen van de beroepsmilitairen. Na hier zo’n drie jaar gewerkt te hebben streek hij in ons Rooise dorp neer, nadat hij getipt werd door dokter Hendriks, die samenwerkte met huisartsenechtpaar Alkemade. Omdat zij stopten kon hij één van hun plekken overnemen. Een lotje uit de loterij, want er waren ondertussen nog zo’n 120 gegadigden meer. Heerlijk vond hij het om weer in Brabant te zijn en hier als dokter aan de slag te kunnen. Samen met dokter van Mil werd de praktijk voortgezet.

“Als huisarts maakte ik hele spannende en précaire dingen mee, zeker hier in Brabant, waar mensen me al snel vertrouwden en daardoor zichzelf open stelden. Het waren soms verbazingwekkende, maar zondermeer allemaal boeiende verhalen. Elk huisje heeft z’n kruisje zeggen ze weleens, maar dat is echt zo. Helaas soms ook grote en verschrikkelijke kruizen. Ik ben nooit met tegenzin naar mijn werk gegaan, omdat ik altijd weer onverwachte dingen hoorde over wat mensen roerde en meegemaakt hadden. Je moet er wel voor openstaan en vooral goed luisteren. Wat ik steeds meer in ging zien, is dat onderlinge verhoudingen tussen mensen, binnen families, ontzettend boeiend kunnen zijn en ook wel zoveel problematiek met zich mee kunnen brengen, dat ik het een uitdaging vond om me hierin te verdiepen. Ik kende op een gegeven moment veel gezinsleden en familieverbanden. Hoe het een leven lang een juk kon zijn voor iemand, hoe mensen zich konden bevrijden van dingen of ermee om konden gaan. Daar kon ik veel in zien.

Op medisch gebied maakte ik hele ernstige dingen mee die veel indruk op me maakten; ernstig zieke kinderen, ongelukken of trauma’s. Die blijven me altijd bij. Vroeger werd ik hier heel snel bij betrokken, tegenwoordig belt iedereen 112. Maar het meest indrukwekkendste blijft het voor mij als jonge mensen iets ernstigs overkomt. Dat is verschrikkelijk. Ik heb moeten leren om de deur achter me dicht te trekken als ik ’s avonds naar huis toe ging. Het helemaal uit mijn gedachte zetten kon ik niet, maar erover reflecteren met anderen, hielp om ermee door te kunnen gaan. Binnen de praktijk heb ik altijd veel steun ervaren van ons team en mijn vrouw heeft ook lang meegewerkt en wist daardoor wat er speelde. Dat is zondermeer een hele grote steun voor mij geweest en nog steeds. Binnen Sint-Oedenrode hebben we tevens een hechte huisartsengroep, waarmee we regelmatig overleggen. We brengen anoniem een casus in die we lastig vinden. Zo kunnen we complexe situaties toch op een veilige manier samen bespreken. Maar soms maakte ik mee dat het zo ontzettend ernstig was, dat ik er toch van wakker lag. Dat is nou éénmaal inherent aan het beroep, anders had ik geen huisarts moeten worden.

Lees woensdag verder in DeMooiRooiKrant