Stan in actie.
Stan in actie.

Sporttalent van Rooise bodem: Stan van den Bersselaar

Algemeen

Sint-Oedenrode bulkt van het talent in allerlei takken van sport. DeMooiRooiKrant heeft enkelen van hen al in beeld gebracht en gaat er gewoon mee door. Waar zijn deze jonge sporters goed in? Wat willen ze bereiken? In de vierde aflevering vertelt Stan van den Bersselaar (18) passievol over taekwondo.

De Rooise tiener is nog niet zo lang bezig met taekwondo. Toch is hij al goed op weg. Daarom verdient hij een plekje in deze reeks.

Waarom ben je begonnen met taekwondo?
"Ik kwam in 2016 een meisje tegen, Janneke, en ik werd heel verliefd. Zij deed aan taekwondo. Ik ging een keer mee kijken bij een heel groot toernooi en toen werd ik helemaal verliefd op de sport. Het geeft een kick als je een punt krijgt, of iemand op het hoofd raakt. Het is gewoon gaaf!"

Hoe zit het met je trainingen?
"Ik train in Eindhoven bij Taekwondo Eindhoven. Daar train ik vier keer in de week waarvan drie keer echt sparringtraining met het team. De andere training is dan stijl. Dat is trainen om je banden te halen. Soms spar ik ook nog met mijn vriendin."

Wat heb je tot nu toe bereikt?
"Qua wedstrijden is het hoogste Open Zuid, dat is van regio Den Bosch. Dat was wel een mooie wedstrijd. Alle drie de partijen had ik op technische knock-out gewonnen. Bij de eerste zei de scheids dat het niet meer door kon omdat het te gevaarlijk werd. De tweede en de derde partij had ik gewonnen omdat het puntenverschil te groot was. Dan win je automatisch. Dus dat waren wel drie fijne partijen."

Wat zou je graag nog willen bereiken?
"Ik zal klein beginnen. Ik wil in 2019 met het Nederlands Kampioenschap meedoen en dat ga ik ook echt doen. Vanuit daar zal ik zeggen 'ik wil nu een grotere stap maken.'"

Is er iemand naar wie je op kijkt?
"Ik heb altijd wel naar mijn vriendin en haar broer opgekeken omdat ze echt goed zijn. Ik dacht altijd 'als ik zó goed ben, dan komt het goed.'"

Heb je nog een leuke anekdote?
"Bij mijn tweede wedstrijd mocht mijn schoonbroer mij coachen. De eerste partij had ik gewonnen en ik was toen echt kapot. De tweede partij moest ik weer, maar ik had maar een korte tijd om te rusten. Ik was nog erg moe en was voor de wedstrijd met hem aan het praten over hoe ik het moest aanpakken. Onze band is zo goed dat hij tijdens de wedstrijd ook stress had; hij wilde echt dat ik zou winnen. Dus tijdens de wedstrijd, in de laatste paar seconden, deed ik een draaitrap. Daarvoor krijg je een extra punt. Ik raakte mijn tegenstander goed, dat had ik zelf niet eens verwacht. Dus mijn coach stond aan de kant, hij stond op en meteen begon hij te klappen. Ik won toen die partij."

Afbeelding
Afbeelding