Vlinderpaspoort
AlgemeenSint-Oedenrode - Lieveling (Timandra comae)
De Lieveling, ook wel het Lievelingetje genoemd, lijkt op een aantal andere spanners met een grote dwarsstreep op de vleugels. De grondkleur is grijzig of iets bruinig wit. De dwarsstreep loopt bijna recht van de vleugelpunt naar het lichaam toe. Hieraan is de Lieveling gemakkelijk te herkennen. De spanwijdte van deze soort is 30 tot 35 mm.
De Lieveling kent twee generaties soms zelfs drie per jaar, al is de tweede generatie meestal het talrijkst. De eitjes worden vooral eind mei en in juni afgezet, alsmede in augustus en september. Al na 10 dagen komen ze uit. De rupsen worden ongeveer 23 mm lang. Het diertje verpopt in een dun spinseltje op of vlakbij de grond, meestal in een hoopje plantaardig afval. De rupsen leven op een aantal lage plantensoorten, zoals zuring, veldzuring, varkensgras, duizendknoop en muur.
De verschillende generaties kunnen elkaar een beetje overlappen. We zien de Lieveling dan ook vrij lang rondvliegen: vaak van eind mei tot midden september, meestal met een piek in mei en van midden juli tot midden augustus. Ze komen voor op allerlei vochtige plaatsen.
