Koningin Wilhelmina bezoekt op de Vresselsche Heide het daar oefenende Korps Rijdende Artillerie.
Koningin Wilhelmina bezoekt op de Vresselsche Heide het daar oefenende Korps Rijdende Artillerie.

Van Vresselsche Heide naar Vressels bos

Historie Historie

Sint-Oedenrode – Deze week publiceren we alweer de 38e ronde van Rooise Streken. Een rubriek, opgetekend door heemkundige kring De Oude Vrijheid. Dit keer over de metamorfose van het Vressels bos.

Aan het begin van de 20ste eeuw behoorde het gebied Vresselsche Heide toe aan de gemeente Sint-Oedenrode en maakte deel uit van de zogenaamde ‘grauwe gemeynt’. Dat hield in dat het terrein ter beschikking stond voor algemeen gebruik van een groep inwoners. De bevolking was arm en moest voor het merendeel de kost verdienen met een klein gemengd boerenbedrijfje of het hoeden van schapen. Dat was trouwens al enige eeuwen het geval. In de 14e eeuw ontstonden hier die gemeenschappelijke gronden, gemeynt genoemd.

Naast de ‘grauwe gemeynt’ was er de ‘groene gemeynt’. De ‘groene gemeynt’ was op de eerste plaats bestemd voor het laten grazen van koeien en paarden. Alleen in de tijd dat het vee op stal gehouden werd - van 15 oktober tot 15 maart - mochten de herders met hun kudden, of boeren met hun vee gebruik maken van de weiden in de gemeente. De rest van het jaar moesten zij zich tevreden stellen met de hei of de bermen van de wegen (de grauwe gemeynt), voor zover dit was toegestaan. De groene gemeynt ontstond in 1309 en de grauwe gemeynt volgde in 1311 toen Hertog Jan II deze gronden verkocht of in erfpacht gaf. Meestal waren het de boeren van een reeks gehuchten die samen een gemeynte of gemeynt kochten of pachten. Daarom viel een ‘gemeynt’ meestal niet exact samen met gemeentegrenzen. 

De mensen die aan de randen en doorlopende zandpaden van dit gebied woonden hadden maar een schamel woninkje. Ondanks de voorschriften in de Woningwet van 1901 voldeden veel huisjes niet aan de basiseisen. De gemeenten begonnen pas tegen de jaren ’40 met de controle hierop. Dat leidde tot een groot aantal onbewoonbaar verklaarde woningen. Pacht voor een akkertje of weide kon men niet of nauwelijks betalen, laat staan de verbouwing of nieuwbouw van een huis. Zodoende sierde het witte bord met zwarte letters ‘onbewoonbaar verklaarde woning’ vaak vele jaren de gevel.

Lees deze week het hele verhaal in DeMooiRooiKrant