De bonte kraai

Roois nieuws Natuur en Milieu
Een vissende bonte kraai (latijnse naam corvus cornix)? Ik denk dat het visje dood of gebrekkig was. Een levend visje zal ze te vlug af zijn. Kraaien zijn alleseters. Bij zee eten ze schelpdieren en aangespoelde dode vissen. Langs de weg peuzelen ze aangereden dieren op. In de lente zijn het rovers van eieren, jonge vogeltjes en jong kleinwild. Vuilnisbelten zijn favoriete foerageerplaatsen. De bonte kraai verschilt daarin niet van de zwarte kraai (corvus corone). Beide vogels verschillen alleen in kleur en biologen discussiëren het aparte soorten zijn.

Bonte kraaien zijn in Nederland zeldzaam. Soms overwinteren ze hier. Niet bijzonder maar wel uniek voor Nederland was een gemengd paar op Vlieland. Ze verschillen daarin niet van de mens waar vakantieromantiek ook voor exotische koppels zorgt.

In Spanje, Portugal, België en Nederland zijn de kraaien zwart. Het broedgebied van de bonte kraai ligt oostelijker. De westgrens is ongeveer de lijn Kopenhagen – Genua. Sardinië, Schotland, Ierland en Scandinavië zijn echter ook “bont”. Verder oostelijk zijn de kraaien weer zwart. Daar ligt de grens ongeveer op de lijn van Tasjkent via Omsk naar Norilsk bij de monding van de Siberische rivier de Jennissei. In deze grensgebieden “doen” bonten en zwarten het ook met elkaar. Kruisingen komen regelmatig voor.

Kraaien zijn door hun voorliefde voor jong kleinwild meedogenloos vervolgd. In het buitengebied daardoor uiterst schuw en door hun slimheid toch overal aanwezig. We zien kraaien ook de steden koloniseren. Slim, daar is volop voedsel, de mensen zijn toleranter voor vogels en een schot hagel hoeven ze niet te vrezen.

Nut voor de mens is er niet. In het spreekwoord “kind noch kraai hebben”, staat het kind als kostbaarste tegenover de kraai als het meest nutteloze. In kookboeken zijn ze niet als eetbaar beschreven en als gezelschapsdier ook ongeschikt. Bengelend aan een stok doen ze dienst als vogelverschrikker. Een wapperend stuk zwart plastic heeft hetzelfde effect. Voor de ecofreaks is deze nutsgerichte benadering hopeloos ouderwets. Beschouw ze daarom gewoon als medeschepsel. Bont of zwart, hun verschijning is niet bijzonder. Verbazingwekkend is hun slimheid en aanpassingsvermogen waarmee ze een plekje in het ecosysteem handhaven. Zoals gezegd: “een vliegende kraai vindt altijd wat”.