Paul Meessen.
Paul Meessen. Foto:

Paul Meessen: “Het primair onderwijs moet structureel meer geld krijgen.”

Onderwijs Onderwijs

Meierijstad - Skipov en SKOSO zijn sinds 1 januari opgegaan in Verdi. De nieuwe onderwijskoepel wordt geleid door Paul Meessen. Hij is aangesteld als voorzitter van College van Bestuur. Verdi is een organisatie met twintig basisscholen, twaalf peuterspeelzalen en De Taalvijver, allemaal gevestigd in Meierijstad.

Door: Ties van Dooren

Tot 31 december was Meessen het hoofd van SKOSO in Sint-Oedenrode. Het primair onderwijs in Rooi kent voor hem dan ook weinig geheimen. In Veghel ligt dat iets anders, daarom is Meessen al zeker een half jaar bezig met kennismaken. Volgens Meessen is de fusie een goede zet. Hij legt uit waarom: “Het zijn twee gezonde organisaties die samen meer expertise in huis hebben. Meer mensen is meer kennis. De financiële bestaanszekerheid is ook groter, onder andere doordat de overheadkosten afnemen, en de bestuurlijke slagkracht neemt toe. Als je een maatje groter bent dan word je vaak toch iets serieuzer genomen, zeker door externe relaties. Uiteindelijk blijft de hoofdmoot wel onderwijs. Verdi is een onderwijsinstelling en daar draait het om. De focus ligt op onderwijskwaliteit.” Verdi wil ‘betekenisvol onderwijs’ geven. Dat klinkt natuurlijk hartstikke mooi, maar wel erg breed. Meessen: “Betekenisvol onderwijs wil zeggen dat je kinderen een aanbod doet dat een goed beeld geeft van de buitenwereld. Als kinderen alleen maar uit boeken zouden leren dan is de ervaring met de echte wereld beperkt. Wij zoeken naar mogelijkheden om bijvoorbeeld gastsprekers in school te ontvangen en gastlessen te verzorgen. Een ander mooi voorbeeld is het Ontdeklab in Sint-Oedenrode. In zo’n lab worden activiteiten buiten de eigen klas aangeboden. Daar wordt iemand bij betrokken van buiten de organisatie, zoals uit het bedrijfsleven of van een maatschappelijke organisatie. We willen de kinderen inspireren, zowel binnen als buiten de schoolmuren. Een goede basis leggen met taal en rekenen blijft onze primaire taak, maar we ook zien dat kinderen steeds meer behoefte hebben aan het kennismaken met de echte grotemensenwereld.” Het liefst zoekt Meessen daarin structurele samenwerkingsrelaties zodat scholen makkelijk kunnen programmeren.

Kansengelijkheid
In het basisonderwijs wordt van de leerkracht verwacht dat hij of zij van alle markten thuis is, terwijl in het voortgezet onderwijs een docent zich vaak beperkt tot één of twee vakken. “Omdat we nu werken met een grotere organisatie hebben we meer mogelijkheden om mensen te specialiseren. Je kan niet van leerkrachten verwachten dat ze alles kunnen. Ik vind het geen gekke gedachte als een leerkracht zijn groep even uit handen geeft aan een specialist. Bijvoorbeeld aan iemand die Engels geeft.”

Een mooi voorbeeld is de samenwerking met de CHV Academy. Zij verzorgen onder de noemer Circle of Talent, waar ook het bedrijfsleven en de gemeente in participeren, de kunst- en muzieklessen op de basisscholen in Meierijstad. Zo’n samenwerking werkt ook op andere gebieden, zoals sport en gezondheid. Volgens Meessen neemt de kansengelijkheid met dit soort initiatieven toe. “Sommige kinderen hebben van huis uit wat meer kans om een muziekinstrument te bespelen of een sport te beoefenen. Als je op deze manier gaat samenwerken met je omgeving, zoals met de kunst- en sportsector, dan kunnen alle kinderen ongeacht waar je wiegje staat in aanraking komen met muziek en sport. Je bent dan minder afhankelijk van de portemonnee van papa of mama.”

700 euro per kind
Het basisonderwijs staat voor een grote opgave. De leerachterstanden die zijn opgelopen door de coronapandemie moeten zoveel als mogelijk worden weggewerkt. Om de achterstanden op de basis- en middelbare scholen weg te werken, is voor twee jaar 5.8 miljard uitgetrokken. Dat is gemiddeld 700 euro per kind. Scholen hebben een ‘menukaart’ gekregen met acties, zoals extra docenten en ondersteuning in de klas, bijles en huiswerkbegeleiding op school, intensieve ondersteuning en begeleiding van leerlingen. Meessen laat weten waar Verdi het geld voor gaat gebruiken: “We willen vooral onderwijsontwikkelingen versterken waar we al mee bezig waren voor corona. Daarnaast gaan we het geld gebruiken voor zaken die tijdens de lockdown niet konden, zoals kunst- en sportactiviteiten. Je moet goed kijken naar wat kinderen nodig hebben en wat het team aankan.”

Het geld is volgens Meessen een mooi gebaar, maar geen oplossing. “Ik had liever een structurele oplossing gezien. Het geld moet in principe binnen twee jaar uitgegeven worden, maar we kunnen de mensen nauwelijks vinden om het geld te besteden. Een langer tijdpad was beter geweest. Bovendien vind ik dat het primair onderwijs structureel meer geld moet krijgen.”

De vier grootste leerachterstanden volgens Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap:

- Op de basisscholen hebben de leerlingen in rekenen de grootste vertraging opgelopen (gemiddeld 10 weken).

- Bij begrijpend lezen liepen ze 7 weken vertraging op.

- De leerlingen die in groep 7 zaten toen de coronacrisis begon, hebben de meeste vertraging opgelopen.

- Ook zijn de achterstanden gemiddeld twee keer groter bij kinderen met laagopgeleide ouders.

Digitale hulpmiddelen
Meessen wil het probleem van de leerachterstanden niet groter maken dan dat het is. “Als je kijkt naar taal en rekenen dan vallen de achterstanden heel erg mee. In sommige gevallen heeft het thuisonderwijs zelfs bijgedragen aan een verbetering van deze vakken. De focus lag namelijk wat meer op taal en rekenen.” De meeste achterstand ziet Meessen voornamelijk terug op sociaal-emotioneel vlak, omdat de kinderen deels thuiszaten. “Sommige kinderen hebben door de coronamaatregelen zorgelijke achterstanden opgelopen in hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Daar zijn we mee aan de slag gegaan. We hebben erger weten te voorkomen door deze kinderen tijdens de lockdowns in de noodopvang een plek te geven.” Een positieve ontwikkeling die de coronapandemie onverwachts met zich mee heeft gebracht is het gebruik van digitale hulpmiddelen. “Het gebruik van ICT heeft een enorme push gekregen. Het was misschien ook wel een beetje koudwatervrees van ons allemaal. Nu moesten we wel en dat heeft goed uitgepakt”, besluit Meessen.


Afbeelding