Gerrit Swinkels weer koning Sint Antonius

Sint-Oedenrode - De strijd om de jaarlijkse koningstitel bij Handboogschutterij Sint Antonius Nijnsel is nog niet volledig gestreden. Gerrit Swinkels werd zaterdag voor de derde keer op een rij uitgeroepen tot koning van het jaar.
Dat zou betekenen dat hij de keizerstitel zou krijgen, ware het niet dat Johan Schepers deze titel sinds 5 juli 2010 in bezit heeft. Volgens het huishoudelijk reglement dient de koning binnen een maand de regerende keizer uit te dagen voor een tweegevecht over dertig pijlen. Dat is dan voor de tweede keer in het 130-jarig bestaan van Sint Antonius. Wordt vervolgd dus.
Zaterdag werd Gerard Kluijtmans prins en tot ieders verrassing veroverde Jan Nolle de functie van ridder. In de afdeling "wijze mannen" van tachtig jaar en ouder scoorde Ad van Aarle zodanig, dat hij werd uitgeroepen tot 'senator'. Jan van der Aa scoorde de titel van 'nar', omdat hij als laatste eindigde in de voorronde.
Wederom was dit jaarlijks evenement er één met verrassingen. Dat had alles te maken met het systeem van een voorronde, afvalronden en finaleronden met sets. Na de voorronde van dertig pijlen was de stand: Gerrit Swinkels 215, Toon Relou 213, Riky van Acht 196, Tom van den Brand 195, Gerard Kluijtmans 193, Martien van den Brand 180, Jan Nolle 122, Jan van der Aa 116. In de afvalronden schoten zeven schutters telkens drie pijlen; de nar was hiervan uitgesloten. Wie in drie pijlen de laagste score had, viel af. Een aanvankelijk hoog geklasseerde schutter kon met een iets mindere pijl voor de rest worden uitgeschakeld. Dit jaar was dat sommige schutters weer overkomen, zoals Riky van Acht en Tom van den Brand; Jan Nolle schoof zodoende door.
In de finaleronden stonden twee schutters tegenover elkaar; de hoogste score van drie pijlen leverde twee setpunten op. Wie het eerst zes setpunten behaalde ging door naar de volgende ronde. Uiteindelijk streden Jan Nolle en Toon Relou om de titel van ridder. Deze twee hadden de volle vijf sets nodig. Jan won met zes tegen vier. Ook de strijd om de uiteindelijke koningstitel was niet zomaar in één keer beslist. Gerrit Swinkels en Gerard Kluijtmans hadden ook vijf sets nodig; Gerrit won de strijd met zeven tegen drie.