Sas Evers
Sas Evers

Stress? 'Soms ja.'

Algemeen

'Maak er maar een luchtig verhaal van,' zegt ze bij het afscheid. Het is meer haar wens dan een aanmoediging. Want ze heeft op mijn verzoek verteld over haar puberjaren, die ze 'trubbelig' en 'minder interessant' vindt. Haar puberjaren zijn, zegt ze zelf, 'geen open wond meer, alleen nog een blauwe plek.' Ze ging op haar vijftiende het huis uit. Kwam alleen in de weekenden thuis 'en dan werkte ik in de horeca.' Toen ze achttien was ging ze studeren en kwam ze Stijn, haar huidige vriend, tegen. Samen hebben ze vier kinderen: Jip (10), Jet (9), Jan (7) en Jelle (5). Ze is lees- en mediaconsulent bij bibliotheek De Meierij. Haar hart, haar passie, ligt bij het verder brengen van kinderen in hun ontwikkeling. Ze heeft dat gedaan op expressief gebied als docent handvaardigheid, op cognitief vlak als leerkracht basisonderwijs en doet dat nu op sociaal-emotioneel terrein. Daarvoor volgt ze de Hbo-registeropleiding tot kinder- en jongerencoach in Amersfoort.

Door Jan H.F. van der Heyden

Veertig jaar is Sas Evers. Werkende en studerende moeder van vier kinderen. Stress? 'Soms ja. Maar ik zie gelukkig op tijd de rode lampjes op het bedieningspaneel. Daarom is twee keer in de week hardlopen ook heilig voor mij. Daardoor kan ik de stress reguleren. En ik heb ook geleerd te lanterfanten. Gewoon niks doen, niks produceren. Gewoon op de bank hangen en naar TLC kijken. Niet nadenken, knop om, kop thee erbij en verder niks. Oh, wat een foute zender is dat.' Vier kinderen is ook best veel tegenwoordig.
'Ja, dat zeggen veel mensen. Had ik tevoren ook niet bedacht. Twee of drie was ons gevoel. Maar toen nummer drie er was, wilde ik toch nog graag een vierde. Vraag me niet waarom, het gevoel was gewoon erg sterk. Als er geen vierde was gekomen, was er wel een ander kind bij ons gekomen dat ons nodig had, denk ik. Maar Jelle kwam en daarmee was ons gezin compleet!'
Omschrijf ze eens.
Jip, de oudste, is een lieve zorgzame, gevoelige jongen. Wordt uitvinder, zegt-ie zelf. Houdt ook een uitvindersschrift bij. Verbazingwekkend wat daar in staat. Jet heeft een goed stel hersens, is een lieve meid, een einzelgänger. Jan is heel sportief en houdt van geintjes. Jelle, de vierde, is mijn cadeautje dat ik die erbij heb gekregen. Zit vol humor, net als zijn vader, grappig om te zien.' Wie lijkt het meest op hun moeder? 'Jip qua gevoeligheid, Jet wat betreft eigengereidheid, Jan heeft het sportieve van mij en Jelle ook wel mijn humor.' Hoe was jouw eigen jeugd?
'Fijn, onbezorgd tot tien, twaalf jaar. Daarna, toen ik flink begon te puberen, was het heel moeilijk. Ik was heel recalcitrant. Geen fijne periode. Mijn ouders hadden het te druk, moesten keihard werken om hun hoofd boven water te houden. Ze hadden in de buurt van Gennep een nertsenfokkerij toen in 1986 de bontmarkt instortte. Toen hadden we geen droog brood meer te eten. Ze konden te weinig aandacht aan hun gezin besteden. Dat pubergedrag van mij was voor mijn ouders eigenlijk de druppel. Ze vonden dat ik naar een internaat moest, maar uiteindelijk ben ik bij de conrector van de school en zijn vrouw gaan wonen. Ik was alleen in de weekenden thuis en dan ging ik in de horeca werken.' Het is een periode in haar leven, zegt ze, waarin ze geleerd heeft zichzelf te bewijzen. En die bewijslast heeft ze nog steeds in zich, vertelt ze. 'Ik ben me daarin ook wel tegengekomen. Tegen een burn-out aangezeten.' Van enige rancune jegens haar ouders wil ze absoluut niet weten. 'Het verdriet is gesleten. Heb een fantastisch goede band met mijn ouders. Voortreffelijk zelfs! Eén middag in de week passen ze op onze kinderen.'

Sas volgde na de middelbare school de lerarenopleiding handvaardigheid, vond daarin ook werk in Beuningen en Druten, en studeerde 's avonds aan de Pabo voor docent in het basisonderwijs. Werd groepsleerkracht o.m. op twee scholen in Schijndel, maar 'rende uit frustratie het onderwijs uit.' Ze had in de klas ook 'zorgleerlingen' die extra begeleiding nodig hebben, maar die kon ze onvoldoende geven. 'Omdat ik er niet voor toegerust was, niet de kennis had en niet de rust.' Daarom was ze blij dat ze in 2007 in de bibliotheek van Sint-Oedenrode terecht kon. Ze had de omgeving van Nijmegen toen al verlaten om samen met Nijnselnaar Stijn Scheepers een woonplek te vinden die ze met elkaar wilden delen. Dat werd Sint-Oedenrode, want Sas – geboren in Luijksgestel - wilde ook wel terug naar Brabant.

'Ik wil er dolgraag aan bijdragen dat kinderen lekker in hun vel zitten. Daar ligt mijn hart.'

Sas Evers is heel goed te spreken over scholen. 'Ik zie er leerkrachten hun stinkende best doen om alles uit kinderen te halen. Maar de nadruk ligt op het cognitieve en dat is niet de schuld van de leerkracht. Dat is onder invloed van Inspectie en Cito-scores zo gegroeid. Gelukkig is daarin wel een voorzichtige kentering te zien.'
Het bezig zijn met de handen vindt ze even belangrijk 'want stukadoors, bakkers, schilders en koks zijn ook hard nodig en ook zij leveren een bijdrage aan de maatschappij.' Sas Evers is van mening dat expressieve vakken veel meer tot hun recht zouden moeten komen op school. 'De cognitieve ontwikkeling van kinderen, rekenen, taal, geschiedenis, heb ik op de Pabo geleerd, het expressieve op de opleiding voor handvaardigheid, maar de kennis over de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen miste ik. En daarvoor ben ik nu aan het leren. Dat interesseert me ook het meest: hoe ontwikkelen kinderen zich op het sociaal-emotionele vlak? Veel kinderen worstelen daarmee. Op school is daar zeker aandacht voor, maar je kunt als school niet alles, hoe hard de leerkrachten ook hun best doen. Hun bordje ligt al overvol. Tijden zijn veranderd. Het is tegenwoordig vaak niet meer zo dat moeder om halfvier met een kopje thee de kinderen thuis gezellig opvangt, want moeder werkt. Kinderen zijn steeds meer op zichzelf aangewezen. Dat vind ik zorgelijk. Ouders lopen zichzelf soms voorbij. Veel kinderen lopen hierin vast en dat heeft invloed op hun thuissituatie, op hun welbevinden, hun leerprestaties. Ik wil er dolgraag aan bijdragen dat kinderen lekker in hun vel zitten. Daar ligt mijn hart. Ik heb daarvoor bewust de ATMA-opleiding in Amersfoort gekozen, omdat deze opleiding erop gericht is dat je anderen zo ver kunt brengen zoals je zelf bent.'

'Je openstellen en oordeelloos doorvragen is een verrijking, is zó belangrijk.'

Nu zet Sas Evers zich als lees- en mediaconsulent in om bij kinderen het plezier in lezen te vergroten. 'Want daar zit de basis, in het plezier van het lezen. Ze moeten het leuk vinden om te lezen.' Ze richt zich daarvoor op verschillende doelgroepen: op de kinderen zelf, op leerkrachten, pedagogische medewerkers en ouders. Ze vindt de benaming van haar functie, lees- en mediaconsulent, een 'bralbralterm.' Een gewichtige naam, zegt ze, maar hij zegt niet zoveel, terwijl het werk inhoudelijk geweldig leuk is.
Hoe gaat ze als toekomstig jeugd- en jongerencoach met haar eigen kinderen om?
'Hier kan heel veel. Alles is bespreekbaar. En dat is voor mij niet zo bijzonder, maar op veel plekken is dat niet zo. Alles komt hier op tafel en ik vraag ook dóór. Dat leidt soms tot heel fijne gesprekken en grappige oplossingen. Je openstellen en oordeelloos doorvragen is een verrijking, is zó belangrijk.'

Hoe is het om van kind, puber, volwassene te worden?
'Een zoektocht. Ik had het fijn gevonden als ik bepaalde zaken wat eerder had geweten. Ik had het fijner gevonden als ik wat eerder mijn eigen zwakheden en krachten had gekend. Als ik die meer had durven tonen. Als ik mijn zwakheden eerder had gekend, had dat mij heel wat arbeid gescheeld. Ik heb zó hard gewerkt om te laten zien wat ik kan, om me te bewijzen.' Het volwassen worden is met horten en stoten gegaan, vertelt ze. 'Omdat je steeds bepaalde fases in je leven achter je laat en je in de volgende fase je afvraagt "als ik dat nou eerder had geweten, dan . . . . . ." Want dan had ik die kansen gepakt. Soms zie je die kansen pas achteraf.'
Ze vindt het prettig om volwassen te zijn en ze voelt zich 'meestal wel' goed in haar vel. 'Maar soms ook kind zijn, is ook belangrijk,' zegt ze. 'We moeten ons zelf toestaan zo nu en dan kind te zijn. Gewoon keihard muziek aan en losgaan. Dankbaar de erwtensoep van je moeder aannemen.'

Bijna aan het einde van het gesprek spreken we over haar favoriete muziek en films. Want vriend Stijn is een 'stevige drummer' in de ronkende rock en bonkende blues spelende band 'Lord of Fames.' De documentaire film 'Food Matters' spreekt haar aan. Die gaat over gezondheid in relatie tot westerse voeding en voedingsgewoonten. Ze bekent daarin 'heel dubbel' te zijn. Want wijn en chocola, taart en gebak zijn haar 'verslavingen'. En toch wordt elke avond vers gekookt in Huize Evers in de Componistenlaan en koopt mevrouw Evers haar vlees bij een biologische boer in Liempde. Ze erkent het: 'Er zit iets duaals in.' De voedingsindustrie misleidt ons, is haar overtuiging. En dan: 'Vriendinnen zeggen dat ik veel meer hippie ben dan ik zelf durf toe te geven. En misschien hebben ze daar wel gelijk in. Soms heb ik een hang naar een oude schuur met een houtkachel op een klein stukje grond in het buitengebied. Het hoeft allemaal niet zo netjes te zijn, niet zo chique, want het gaat niet om uiterlijkheden.'