Afbeelding

Rieky en Wil Verstappen: blij fietsend door het leven

Algemeen

Sint-Oedenrode - Het gesprek met Rieky en Wil Verstappen (beiden 67) duurde drie uur en het ging bijna al die tijd over hun grote hobby: fietsen. Want daar worden ze blij van. Zo'n tienduizend kilometer per jaar leggen ze af. Op drie verschillende tweewielers: een racefets, een mountainbike en een toer- ofwel trekkingfiets. Ze trappen naar Rome, Barcelona, Berlijn, Praag, Santiago de Compostella. Ze doen het om buiten te zijn, voor hun gezondheid, maar ook om anderen fietsplezier te bezorgen. Want Rieky is de oprichtster van Fifty Fit, de fietsende vijftigplussers en ze is de grote animator van de Rooise Fietsvierdaagse. Ze was ooit voorzitter van dameswielerclub Femme Pédale en fietst nu al bijna een jaar met de mannen van WielerToerClub Gerry van Gerwen, waarvan Wil jarenlang secretaris was en nog steeds het clubblad volschrijft; daarnaast is Wil secretaris van Bike4All, een vereniging die het fietsen in Ethiopië stimuleert door adviezen, trainingen en stages en hulp bij materiaalaanschaf en onderhoud. Een auto hebben Rieky en Wil niet. 'Ja, een camperbus. Superleuk, van camping naar camping.'

Door Jan H.F. van der Heyden

En dan te weten dat Rieky niet altijd van fietsen heeft gehouden. Vertelt: 'Wij wonen sinds 1972 in de Hazelaarstraat in Boskant. In die tijd hadden wij nog geen telefoon. Bij de kerk in Boskant stond een telefooncel. Daar reed ik met de auto naar toe als ik moest opbellen.'
Hoe anders is dat met Wil gesteld. Zijn Nuenense Rieky Kooijmans herinnert zich: 'Wij kregen verkering in 1967. We hadden elkaar leren kennen op een dansavond in de Stad van Gerwen. Toen Wil voor de eerste keer bij ons thuis kwam, was dat met een racefiets. Ik weet nog goed dat mijn moeder toen zei: "heeft ie niks anders? Er zit nog eens geen licht op zijn fiets!"'
Rooienaar Wil (geboren bij het Damiaancentrum, vader was daar tuinman) is inderdaad al veertig jaar lid van WielerToerclub Gerry van Gerwen. Wil: 'Al vanaf 1984 schrijf ik voor het clubblad, maar we hadden niks. Ik moest pastoor Manders zijn typemachine lenen om een artikeltje te schrijven.' En Rieky vult aan: 'Als de pastoor die kwam brengen, vroeg ie altijd eerst "hoe is 't met de kiendjes" en daarna trok ie de hoes van die typemachine en dan kwam de sigarenlucht je tegemoet!' En even later: 'Toen we 12,5 jaar getrouwd waren, hebben we van het geld dat we kregen een typemachine gekocht.'

'Als ik over vijf jaar genezen word verklaard, ga ik met de fiets naar Rome.'

Natuurlijk fietsten Rieky en Wil 'vroeger' veel met hun kleine kinderen Marco en Otto, inmiddels 42 en 39. Rieky: 'Ik weet nog goed die autoloze zondag in 1973, reden we met de reiswieg achter op de fiets.'
Ze ging pas écht van fietsen houden een kleine twintig jaar geleden. Ze rookte. Een nichtje van 30 en haar schoonzus van 52 waren aan longkanker overleden. Ook Rieky werd ziek. Ook kanker. Een operatie volgde. Ze herstelde en nam zich voor: 'als ik over vijf jaar genezen word verklaard, ga ik met de fiets naar Rome.' En ze wérd genezen verklaard. Kocht een sportfietsje en reed met Wil naar Rome. 'Vanaf dat moment begon ik fietsen ook leuk te vinden.'
En nog altijd worden Rieky en Wil Verstappen blij om er met de fiets op uit te trekken, maar vooral ook om fietstochten te organiseren. Want dat is Rieky op het lijf geschreven. Begonnen in 2001 nadat de gemeente de Rooise vijftigplussers had uitgenodigd voor een bijeenkomst. Jacqueline van der Heijden van de gemeente bracht het onderwerp ter sprake: Rooi kent wel wielerclubs, maar er is niets voor mensen 'met een gewone fiets.' Rieky werd door de gemeente gevraagd een recreatieve fietsgroep voor vijftigplussers op te zetten. 'Ik vond dat een hele eer natuurlijk, maar ik dacht ook "waar begin je aan?" 'Wil en ik zijn toen samen aan tafel gaan zitten met de landkaart erbij. De tocht mocht niet langer zijn dan 35 kilometer en halfweg een pauze. Wil achter de computer voor de beschrijving, samen de route nafietsen en een café zoeken. Met enkele kennissen zijn we daarmee een klein jaar bezig geweest. Toen hadden we tien verschillende routes. In september 2002 was de eerste tocht. De gemeente betaalde de koffie voor onderweg, we kregen hesjes van de gemeente, bandenplakspul en een EHBO-doosje. Ik vergeet die eerste tocht nooit meer. Naar Gemonde. Had geen idee hoeveel mensen erop af zouden komen en hoe het zou lopen. Ik was die morgen best een beetje zenuwachtig. We zouden bij de kiosk op de Markt bij elkaar komen. Daar was toen ook nog een bushalte van de BBA. Daar aangekomen zei ik nog "wat gaan er toch veel mensen met de bus mee!" 'Toen die bus wegreed stonden al die mensen er nog! Die kwamen voor de fietstocht! Twee-en-ze-ven-tig!!'
Inmiddels telt Fifty Fit een kleine honderd deelnemers en zijn er 25 verschillende routes. Elke donderdagmorgen, het hele jaar door, wordt er gefietst, vaak door zo'n 70 tot 80 mensen in drie of vier groepen. De oudste deelneemster is 94: Nel Vervoort uit Nijnsel. Elke donderdag is ze er. En met de Rooise Fietsvierdaagse rijdt Nel vier dagen achter elkaar zestig kilometer!

'Moet je ze zien zitten op een dekentje tussen het fluitenkruid met een boterhammetje en een appeltje.'

Rieky: 'Fifty Fit is nou typisch Rooi. Zoiets klaarkrijgen door zoveel medewerking van zoveel vrijwilligers. Het is ook uniek voor Rooi, want ik weet dat het in andere plaatsen niet lukt een fietstocht voor vijftigplussers van de grond te krijgen.' Rieky geniet ervan, alhoewel ze niet elke donderdagmorgen zin heeft om op de fiets te stappen. 'Soms zou ik willen dat het regent. Het is elke week, hè!' Ze heeft, net als Wil die ook vaak meefietst, ook wat moeite met het trage tempo. Maar ze geniet met volle teugen van het plezier dat ze anderen biedt. Ze laat me op haar telefoon foto's zien die ze onderweg heeft gemaakt. 'Hier, moet je kijken. Moet je ze zien zitten op een dekentje tussen het fluitenkruid met een boterhammetje en een appeltje.' Trots is ze op Fifty Fit en de Lief-en-Leed-Commissie. 'Als iemand ziek is krijgt hij of zij een kaartje met alle namen erop. En als ze 50 jaar getrouwd zijn, krijgen ze een bloemetje. Met de Nieuwjaarsreceptie gaan we altijd met de pet rond voor dit soort dingen.' En opnieuw met trots: 'En de mensen van Fifty Fit zorgen voor het onderhoud van de knooppuntborden, hè! Daar krijgen we geld voor van de gemeente.' En dan te weten dat Fifty Fit helemaal geen vereniging is met een bestuur, leden en een ledenadministratie, maar uit niet meer bestaat dan een kleine honderd e-mailadressen van vijftigplussers die van fietsen houden. Eenmaal per jaar, in mei, gaan ze een hele dag fietsend naar Den Bosch. 'Voor de Bossche Bollen', lacht Rieky. En in september, als het jaarfeest wordt gevierd, gaan ze ook altijd een hele dag op stap met de fiets.
Op ongeveer dezelfde manier als het initiatief voor Fifty Fit is ontstaan, is in 2012 de Rooise Fietsvierdaagse van de grond gekomen. Ook weer tijdens een feestelijke bijeenkomst in 'De Beurs' met veel bekenden van het Rooise 'ons-kent-ons-netwerk'. En weer Jacqueline van der Heijden van de gemeente die ter sprake brengt dat 'vroeger' in Rooi een avondfietsvierdaagse bestond. 'Waarom niet overdag?' liet Rieky zich spontaan ontvallen. Via een vergadering met de Stichting Rooi Promotie en een gesprek met horecavertegenwoordiger Fred van Rooij kwam Rieky weer in touw. Via-via kwam ze in contact met een functionaris van de Nederlandse Tour en Fiets Unie (NTFU) die ervaring had met het opzetten van een fietsvierdaagse. Er kwam een bestuur (Rieky: 'de juiste mensen op de juiste plaats.') én er kwam een vierdaagse met het eerste jaar 3300 deelnemers en bij de laatste editie 4000. Georganiseerd door honderd vrijwilligers. 'Typisch Rooi', herhaalt Rieky en ze toont met trots een grote foto waarop alle honderd vrijwilligers, keurig in dezelfde outfit, staan te glunderen. Rieky ontwerpt de routes, Wil schrijft de dagflyers, Ties van Doorn, een professional, ontwerpt. Samen gaan Rieky en Wil de routes fietsen om ze daarna op papier te beschrijven, nóg 'n keer fietsen, dan nóg 'n keer fietsen door Rieky met vriendinnen en tenslotte fietsend nacontroleren door drie mannen van Fifty Fit. 'Mijn vriendjes', noemt Rieky hen. Rieky heeft dan zelf zes keer de routes gefietst 'voor ze helemaal naar mijn zin zijn.' Hoeveel vrijwillige uren in al dit fietswerk gaan zitten, weet ze niet. 'Heel veel.'
Of ze nog tijd heeft voor andere hobby's? 'Jawel, knutselen, van bloemschikken tot breien, in de tuin frotten.' En Wil vult aan: 'en met GPS spelen.' Ook Wil heeft nog tijd om te lezen en om te schrijven. Tot voor enkele jaren deed hij ook nog hardlopen.
En dan hebben ze nog een andere 'liefhebberij': elk jaar als vrijwilligers twee weken hard werken in een herberg aan de route naar Santiago de Compostella, waar ze zelf ooit eerder naar toe fietsten. In de kloostergemeenschap Roncesvalles, net over de grens in Spanje, goed voor ruim 400 overnachters. Van 's morgens zes tot 's avonds acht uur: de deelnemers aan de tocht ontvangen en helpen, poetsen, lakens verschonen, keuken opruimen, in de wasserette helpen. Rieky en Wil praten er met veel liefde en hartstocht over. Laten fotoboeken en tijdschriften zien. Vertellen dat ze de verhalen van de deelnemers aanhoren, die opvallend vaak emotioneel geladen zijn. Sommigen lichamelijk doodvermoeid. 'Kunnen zelf hun rugzak niet meer afdoen', zegt Rieky. 'Zo geweldig, die contacten met die mensen.'